Object # 01

Pastel 70×90 2004.

Ratio onis.
Logische beredenering.

De vier figuren symboliseren de vier windstreken. Alle vier hebben een ding gemeen. Zij staan noch voor of opzij van het blok.
In het midden, twee verstrengelden engelen 180 graden gedraaid.

Illusie. Bovenkant links en onderkant rechts; opzij van het blok.
Onderkant links en bovenkant rechts; voorkant van het blok.

object # 02 – VERKOCHT / SOLD

Pastel 80×60 2005.

Utrimque.
Van weerskanten.

Illusie. Er zit een derde man verscholen.

VERKOCHT / SOLD

object # 03 – VERKOCHT / SOLD

Pastel 70×90 2005.

Centrum.
Middenpunt.

Twee figuren houden elkaar vast op een manier dat niet mogelijk is. Omgedraaid komt op hetzelfde neer.

VERKOCHT / SOLD

object # 04

Pastel 80×60 2005.

Conspícere.
Gewaar worden.

Het hoofd laten buigen voor het hart.
Stereogram.

object # 05

Pastel 110×90 2005.

Aequo animo.
Met gelijkmoedige geest,
zonder van zijn stuk te raken.

Illusie.
Een derde Shaolin verborgen.

object # 06

Pastel 60×80 2002.

Discordia.
Tweedracht.

De mens symbolisch weergegeven in twee persoonlijkheden, waarvan één als schaduwzijde.
De twee openstaande tombes stellen de meegenomen kennis vanuit de eerste waarnemingen tussen goed en slecht voor, dat tot op heden gehandhaafd wordt.

object # 07

Pastel 60×80 2005.

Enigma.
Raadsel.

Raadsel rondom het ontstaan en de symmetrische opbouw van de kristalstructuursymmetrie. De twee geometrische figuren die als schroefdraad eindigen in de massa van deze structuur, vertegenwoordigen het bewustzijn van de kristallen die de bouw hiervan verzorgen.

De drie blauwe vlakken zijn stereografisch.

object # 08

Pastel 80×60 2002.

Considerare.
Overwegen.

Overpeinzingen over leven en dood in een totale leegte. De ketting dient als brug naar de opheldering. Dit is weergegeven in ruw kristal naar een verfijnde volmaakte geslepen structuur.

object # 09

Pastel 80×60 2002.

Agnosticisme.
Neutrale levensbeschouwing.

De overtuiging dat er complete onkunde bestaat met betrekking tot transcendentale vraagstukken, zoals het godsbestaan, onsterfelijkheid en dusdanige.

De piramide in het midden kan zowel naar binnen als buiten gaan door ernaar te kijken

object # 10

Pastel 80×60 2002.

Arcanum Arcanorum.
Geheim der geheime.

Universele sympathie binnen het universum dat verder reikt dan de logica. Het samenspel tussen scheppende (man) en liefdeskracht (vrouw).

object # 11

Pastel 60×80 2005.

Delectum habere.
Kiezen.

De kruisbogen staan voor keuzes maken in het leven.
De drie verdiepingen symboliseren drie bewustzijnsniveaus; onbewust, semi-bewust en bewust.
In het semi-bewustzijn van het materiële zien we twee figuren afgebeeld. Het cruciale kruispunt van onze gedachte, woord en daad.
De linker figuur verbindt zich met het bewustzijn (kijkt omhoog) en de schaduw ervan met het onbewuste (springt in de diepte).

object # 12

Pastel 60×80 2002.

Nostradamus.
16e eeuwse Franse astroloog en ziener.

Communicatie vanuit de tijdloosheid waar de sleutel ligt voor het ontrafelen van zijn kwartrijnen.

object # 13

Pastel 60×80 2003.

Ad unum omnes.
Tot de laatste, allen zonder uitzondering.

Uiteindelijk zijn we van binnen allemaal hetzelfde.
De laatste schrede is een nieuwe stap in het onbekende-bekende.

object # 14

Pastel 80×60 2003.

Conjunctis viribus.
Met vereende krachten.

Affirmaties in ons zelfbeeld dat van vernietiging tot extase kan leiden.

object # 15

Pastel 110×90 2004.

Liberum arbitrium.
Vrije wil.

Een besef van Godsbewustzijn ervaart het hoogste goed: vrijheid in zijn totaliteit (arend als symbool). Het afschaffen van slavernijen zal de eerste overwinning zijn.

object # 16

Pastel 80×60 2003.

In vitro.
Verkregen mutant.

Klonen is een kunstmatige wijze van kopiëren, waarbij een gelijke genetische reproductie van een organisme wordt geproduceerd.
Drie afzonderlijke hoofden en drie cellen. Door bij deze stereogram naar binnen of buiten te kijken, zien we één cel met drie identieke hoofden.

object # 17

Pastel 60×80 2004.

Cui bono.
Om wiens belang?

Het verwesteren van volksstammen met een eigen cultuur, eigen historie. De vrouw op de achtergrond stelt het beginsel voor. Door repetitie van onderdrukking de eerste stap in de westerse wereld.

object # 18

Pastel 60×80 2002.

Temporarius.
Tijdelijk.

Vergankelijkheid bestaat alleen in tijd. De herinneringen niet.

object # 19

Pastel 60×80 2003.

Conventus.
Samenkomen.

Converseren is een reflectie op het zelfbeeld. Ons zelfbeeld is ontstaan door onze keerzijde, een proces van negatie.
Stereogram. Het gehele middenvlak van het schilderij is 3d.

object # 20

Pastel 60×80 2004.

Mea culpa.
Mijn schuld.

Vastgeketend aan een illusionair zelfbeeld, ontstaan door indrukken uit de samenleving in de werkelijkheid.
Het linkerbeen lijkt naar voren te gaan, echter dat is een illusie.

object # 21

Pastel 60×80 2003.

Filius.
Zoon.

Vrijheid is de enige verlossing.

object # 22

Pastel 60×80 2004.

Illecebrae.
Verlokking.

De verboden vrucht als dualisme tussen Goed en Kwaad.

object # 23

Pastel 60×80 2005.

Cruciatus.
Kruisiging.

Het vertrouwen in het eeuwige leven. Het symmetrische lijnenspel als symbool voor de oneindige weg.

Illusie. Kijk in het middenvak van de ster en hoofd van voor naar achteren bewegen. We zien dan twee tegen elkaar in draaiende cirkels.

object # 24

Pastel 110×90 2005.

Fidicen.
Speelman.

Levend op de noten van de muziek, zal de vloer gaan dansen

object # 25 – VERKOCHT / SOLD

Pastel 40×60 2004.

Astrum.
Ster.

Door het einde te begrijpen is het begin te snappen.
Dat ontdekte ik met dit schilderij.

Een verborgen ster dat met 3d kijken zichtbaar wordt.

VERKOCHT / SOLD

object # 26

Pastel 90×70 2005.

Discus.
Werpschijf.

Links de mythologische figuur Atlas, met de wereldbol op zijn rug, terwijl de rechter figuur wereldse dingen juist loslaat, afgebeeld als een discuswerper.

object # 27

Pastel 60×80 2005.

Signa conferre.
De strijd aanbinden.

In het leven worden verschillende tactieken gebruikt om het doel te bereiken.
Twee tegenstanders die op balbezit probeert te spelen zullen uiteindelijk ondervinden dat alleen door vreedzame beheersing het echte doel kan worden bereikt; Mores in placidi.

object # 28

Pastel 80×60 2003.

Matrix.
Getallenschema.

Inwijding van een jongeling. Weergegeven in lichaam, geest en ziel.

Het geheugen in de tijdelijke wereld, dat is afgeleid uit rationele denken, zal bij het punt van niet-rationele waarnemingen op de kruisingen van geheugenelementen, automatisch omgezet worden in herinneringen.

object # 29

Pastel 60×80 2004.

Nocturne.
Nachtstuk.

Een persoonlijkheid die opgaat in de muziek en hierdoor zich vereenzelvigd in de muzieknoot.

object # 30

Pastel 80×60 2003.

Ducere.
Leiden.

Gevangen in een beleidssysteem.

object # 31

Pastel 60×80 2004.

Cogitatie.
Nadenken.

Twee figuren nadenkend op de lijngrens en identiek zijn aan de voor en achterzijden.

object # 32

Pastel 60×80 2005.

Aequalitas.
Gelijkheid.

John F. Kennedy, Martin Luther King, Abraham Lincol, Gandi en Mandela.
Vijf grote vredestichters verweven in blokken.

Verborgen.
Er zijn drie duiven afgebeeld waarvan een duif zichtbaar is.

object # 33

Pastel 60×80 2002.

Illusie.
Zinsbegoocheling.

Gezichtsbedrog tussen zien en relativeren. De waarnemer begrijpt dit en laat los door zijn oog weg te duwen.

Scroll naar boven